Griekse woorden in NL - P

Het woordenboek van de Griekse Gids

A B C D E F
G H I J K L
M N O P R S
T U V X Y Z

 

Paleo: Voorvoegsel: "oud", "oer".

Paleonthologie: Wetenschap van het leven in de oertijd, vooral gebaseerd op dierlijke en plantaardige fossielen.

Pan:Voorvoegsel: "al", "heel". Bv Panathinaikos= van heel Athene

Pandaemonium:Verblijfplaats of verzameling van alle demonen.

Paniek (=Panikos):Plotseling schrikken, vooral van een grote menigte.

Panorama: Aanblik,uitzicht.

Pantheon: Een pantheon is een aan alle goden gewijd heiligdom (tempel)

Parabel: Gelijkenis, concretiseren van een moraal. Uitspraak door een gelijkenis.

Paradox: Onzinnig.

Paragraaf: Genummerde passages in wetteksten, verdragen, wetenschappelijke geschriften enz.

Parallel:Vergelijkend tegenover elkaar stellen, vergelijking.

Parameter:Veranderlijke hulpgrootte bij een berekening.

Paranoia: Een vorm van schizofrenie die gepaard gaat met waanvoorstellingen als grootheidswaan en achtervolgingswaan.

Parapsychologie: Onderdeel van de psychologie dat de zogenaamde bovennatuurlijke, buiten het normale bewustzijn vallende en occulte gebieden van het zielenleven onderzoekt. Voorbeelden zijn telepathie en helderziendheid.

Parasiet: Klaploper, op kosten van andere levende.

Parodontose: verval van het tandbed die tot het loslaten van de tanden kan leiden. 

Paroxisme: Heftige aanval of krampaanval, verergering van een ziekte.

Pathologie: De leer van ziekten en hun oorzaken.

Pathos:Harstocht

Pediatrie: Kindergeneeskunde.

Pente:Vijf  

Pentagon: Vijfhoek.

Pentagram: Een vijfster die sedert de Oudheid een bescherming tegen geesten biedt.

Periode: Omloop, kringloop, ruimte-indeling, tijdsindeling.

Periscoop: Kijkbuis voor onderzeeërs.

Petrologie, petrografie: gesteentekunde.

Philadelphia: Amerikaanse stad

Philos=vriend, adelphos=broer, broedervriendschap

Plutos: Griekse god van de rijkdom. Plutos=rijkdom

Polemiek: Openbare schriftelijke discussie, meningsverschil. Polemos = oorlog

Politiek:(Gr., van polis), De leiding van de staat, een gemeenschap in het algemeen.

Polis=Staat, stad

Poly:Voorvoegsel: "veel".

Polychroom: Kleurrijk, bont. Chroma=kleur

Polyfonie:Polyfonie [Grieks], meerstemmigheid in de muziek.

Polygamie: Polyandrie is het huwelijk van een vrouw met meerdere mannen. Polygamie het huwelijk van een man met meerdere vrouwen. Poly=veel, gamos=huwelijk

Polygoon: Veelhoek uit samenhangende lijnen.

Polynesië:Eilandengroep in de Stille Oceaan (poly=veel, nesië=eiland)

pool  (polos) Draaipunt, eindpunt van de as van een bol (bijv. de aarde, dan noord- en zuidpool).

Pornografie: Ontucht, uitgebeeld in woord en beeld.

Porositeit (poros=doorgang) Het doorlaten.

Probleem (provlima) Nog niet opgeloste opgave, vraagstelling.

Profeet (profitis): Ziener, verkondiger van de wil van God.

Prognose: Voorspelling.

Programma: overzicht, schema

Protagonist: Hoofdfiguur in het Oudgriekse drama. Protos=eerst, agonist=iemand die zich inzet voor een doel

Protocol: verslag van een verhoor, verslag van een rechtszaak.

Prototype (protos=eerst): Oervorm, monster.

Psalmen: Geestelijke liederen, speciaal de 150 in het boek Psalmen in het Oude Testament.

Pseudo: Voorvoegsel: "vals", "niet echt".Bv pseudoniem

Psyche: Oorspronkelijke zuchtje, adem maar ook ziel.

Psychiatrie: Leer van de geestesziekten en hun behandeling.

Psychoanalyse: Een door Sigmund Freud ontwikkelde methode om neurotische stoornissen en verkeerd gedrag te genezen.

Psychologie: De leer van de ziel.

Psychopathie:Een meestal aangeboren, geestelijk gestoord gedrag dat zich bijvoorbeeld uit in wilszwakte of fanatisme.

Psychose: Een geestesziekte die gepaard gaat met grote veranderingen in de persoonlijkheid.

Psychosomatiek  Leer van de wederzijdse afhankelijkheid en beïnvloeding van lichaam en geest.

Pyromanie: Graag naar branden kijken, meestal verbonden met een ziekelijke neiging tot brandstichting.

 

Nederlands Grieks




Ook interessant!

Alexander de Grote
Alexander de Grote
Aristoteles
Aristoteles
Plato
Plato
Socrates
Socrates